Leerkrachten

Donar en Wodan

De Germanen die aan het begin van de jaartelling in Nederland leefden, hadden de eerste eeuwen van onze jaartelling geen weet van de verbreiding van het christelijk geloof. Zij hadden hun eigen goden, zoals Wodan, Týr, Donar en Freya. Deze goden werden aanbeden op heilige plekken in de bossen. Alle goden hadden iets met de natuur te maken. Zo was Donar de god van de donder. Als hij in zijn magische bokkenwagen door de hemel reed en met zijn hamer zwaaide, liet hij het onweren. Wodan was de oppergod en de god van de wijsheid en tovenarij. De beuk was gewijd aan Freya, de godin van de liefde. Daarom sneden geliefden vroeger een hartje met hun initialen in de bast van de beuk. In veel oude beukenbomen is dat nog te zien.

Missionarissen

Aan het einde van de 7e eeuw trokken missionarissen uit Ierland en Engeland naar Drenthe om de Germanen tot het christelijk geloof te bekeren. Bekende missionarissen in Drenthe waren de twee monniken Ewald de Witte en Ewald de Zwarte. Zij werden vermoord door de Germanen, die niks van het christendom wilden weten. Karel de Grote (742-814) was in de tijd van de kerstening keizer van het Frankische Rijk, waar ook de Drentse gebieden onder vielen. De christelijke keizer eiste dat zijn onderdanen het zelfde geloof aanhingen. Wie weigerde, werd gedood.

Oudste kerken

In Sleen, Oosterhesselen en Zweeloo staan heel oude kerken. Deze kerken zijn in de middeleeuwen gebouwd. Het zijn de oudste gebouwen van deze dorpen. De kerk van Zweeloo is in de Romaanse bouwstijl gebouwd. De kerken van Sleen, Oosterhesselen en Dalen zijn in de Gotische stijl gebouwd. Daardoor weten we dat deze kerken later gebouwd zijn dan die van Zweeloo.

Sleen

De nonnen Ursula en Margaretha van het klooster in Ter Apel stichtten volgens de overlevering de kerk in Sleen. De bouw dateert uit het begin van de 15e eeuw, het koorgedeelte is waarschijnlijk 14e-eeuws. De toren van de kerk is met zijn 59 meter de hoogste van Drenthe. Bij restauraties aan de kerk zijn paalgaten aangetroffen, waaruit blijkt dat er voor de bouw van de huidige kerk al een houten kerk gestaan moet hebben. Deze zou in de 10e of de 11e eeuw zijn gebouwd. Het uit de 12e eeuw daterend doopvont van Bentheimer zandsteen duidt er ook op dat er een kerk moet zijn geweest voor 1300.

Dalen

Uit oude bronnen blijkt dat er voor het eerst in 1355 sprake is van een kerk in Dalen in 1355. De huidige Nederlands Hervormde Kerk is niet zo oud. Deze werd in 1824 gebouwd op de resten van de oude kerk. De toren van de kerk dateert uit de 15e eeuw. De kerkklok werd gegoten in 1639.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd de bronzen klok door de Duitsers geroofd, maar is gelukkig niet omgesmolten tot oorlogstuig. Een huisschilder uit het dorp had voor de roof met grote letters 'Dalen' op de klok geschilderd. Daardoor was het de eerste kerkklok, die na de oorlog vanuit Hamburg terug naar Drenthe kwam. Het leuke is dat de letters er nu nog opstaan. Bij het smeedijzeren toegangshek van het oude kerkhof, liggen twee grote zwerfkeien. Deze stenen vormden ooit een geheel. Er gaan geruchten dat de steen door de Germanen als offersteen is gebruikt.

Oosterhesselen

Waarschijnlijk is de kerk van Oosterhesselen in de 14e eeuw gebouwd. Na de bouw waren de toren en het koor van de kerk via het schip met elkaar verbonden. Maar tijdens de Nederlandse Opstand werd het schip van de oorspronkelijke kerk verwoest door de Staatse legers van Maurits. De toren en het koor bleven wel intact. In 1628 werd het vernielde schip helemaal afgebroken; de stenen werden gebruikt om een westmuur in het koor te metselen. Er zat immers een opening omdat het schip verwoest was. Sindsdien zijn toren en koor van elkaar gescheiden. Over de scheiding van toren en kerk gaan allerlei verhalen rond. Zo zouden de inwoners van Sleen jaloers zijn geweest op de hoge toren van Oosterhesselen. Daarom wilden ze de toren vertrekken, de inwoners van Oosterhesselen trokken aan de andere kant, om de toren tegen te houden. De toren bleef staan, maar in de strijd is volgens zeggen wel het schip van de kerk verwoest. De kerk in Oosterhesselen is niet altijd wit geweest. Pas in 1862 werd het gebouw bepleisterd.

Zweeloo

De kerk in Zweeloo werd gebouwd in de tweede helft van de 13e eeuw op fundamenten van een houten kerkje uit de 12e eeuw. In de jaren 1929/1930 is de kerk grondig gerestaureerd en werden er nieuwe vensters geplaatst. Bijzonder is de kerkklok uit de 14e eeuw. De klok draagt de tekst: 'Ik doe dienst bij verschillende gelegenheden, men heeft mij in 1500 Maria genoemd.' Het doopvont in de kerk is 13e-eeuws en gemaakt van Bentheimer zandsteen. Na de reformatie werd het doopvont uit de kerk verwijderd en gebruikt als drinkbak voor het vee en als slijpsteen voor messen. Het Drents Museum heeft het doopvont teruggevonden en weer in de kerk van Zweeloo geplaatst. Bijzonder is, dat Vincent van Gogh tijdens zijn verblijf in Drenthe in 1883 een schilderij van de kerk van Zweeloo gemaakt heeft. Op het kerkhof van de kerk ligt Lesturgeon, één van de drie podagristen, begraven.

Coevorden

De bouw van de Hervormde kerk in Coevorden begon in 1641 op de plek waar eerder al minimaal vier kerken hadden gestaan. Tijdens de bouw van deze kerk moesten de kerkdiensten tijdelijk in een paardenstal gehouden worden. In 1890 sloeg de bliksem in het torentje van de kerk, waardoor er brand ontstond. Er werd een nieuwe grotere toren geplaatst, die te achter zwaar bleek voor de kerk. In 1929 werden daarom de dragende delen van de kerk vernieuwd. De kerk is gebouwd als een Grieks kruis. Een van de bekendste predikanten van de kerk in Coevorden was Johan Picardt. Bijzonder is dat deze kerk als Hervormde Kerk gebouwd is, en niet eerst een Katholieke Kerk is geweest. Alle andere oude dorpskerken zijn eerst Katholiek geweest.

Het nieuwe geloof

Tussen 1500 en 1600 kwamen er steeds meer mensen die het niet eens waren met de katholieke kerk. Zij keerden zich onder andere tegen het vereren van heiligen en de aflaathandel. Deze mensen werden 'ketters' genoemd. Ze begonnen een nieuw geloof, het protestantisme. Aanhangers van dit geloof werden protestanten genoemd. Ze vonden alleen Gods woord belangrijk, zoals dat stond in de bijbel.
In 1598 was Willem Lodewijk aan de macht in Drenthe, Friesland en Groningen. Hij wilde dat iedereen overstapte op het protestantse geloof. Pastoors moesten hun werkzaamheden staken of van geloof veranderen. Veel inwoners van de huidige gemeente Coevorden vonden het nieuwe geloof maar niks. Ze gingen wel naar de kerk, maar vooral om de sociale functie: na het uitspreken van de zegen werden er mededelingen gedaan over markten, festiviteiten, reglementen en andere zaken. Daarna ging iedereen naar de kroeg. Sommigen mannen gingen zelfs even naar de kroeg tijdens de kerkdienst.

Strengere regels

Maar werd verboden om tijdens de kerkdienst naar de kroeg te gaan. Wie dat toch deed, kreeg een boete. De mensen mochten ook niet meer samenwonen als ze niet getrouwd waren en ze moesten hun kinderen laten dopen. De mensen vonden al die nieuwe regeltjes niet leuk en ze trokken zich er vaak niks van aan. Uiteindelijk werd het nieuwe geloof toch overgenomen. We noemen dit het Hervormde geloof.

Nieuwe ideeën

In de 19e eeuw voelde een groep mensen zich niet meer thuis binnen het Hervormde geloof. Deze gevoelens werden aangewakkerd toen dominee Hendrik de Cock , die zich al in 1834 had afgescheiden van de Hervormde kerk, in Zuidwest-Drenthe kwam preken. Veel Drenten voelden zich aangetrokken tot zijn ideeën. Een deel van deze mensen trad uit de hervormde kerk en stichtten een eigen gemeente. Dit leidde tot grote scheuring binnen de Drentse gemeenschappen, waar de burenplicht een grote rol speelden.
De afgescheidenen werden gepest en getreiterd, niet alleen door dorpsgenoten, maar ook door de overheid. Uiteindelijk vertrok een grote groep afgescheidenen onder leiding van dominee A.C. van Raalte uit Ommen naar Michigan in Noord-Amerika. Daar stichtten zij in 1847 een nieuwe leefgemeenschap, die zij Holland noemden.
Ook vanuit Sleen vertrok een grote groep mensen. Als herinnering aan deze mensen, die vanuit Sleen naar Michigan vertrokken, is aan de voorgevel van het oude gemeentehuis een monument geplaatst. Dit monument heet ' De ziener'. Het bestaat uit een gebeeldhouwde kop van een man met eronder een plaquette met de tekst: 'Voor vrijheid en brood. Drenthe in Michican. Ter herinnering aan de Drentse Michicanpioniers van 1847. Medebouwers aan een nieuwe wereld'. Een eeuw later geplaatst door het Drents Genootschap.'