Oorlog
De inval van de Duitsers in Nederland op 10 mei 1940 maakte een
einde aan de neutraliteit van Nederland in de Tweede Wereldoorlog.
Ook in de gemeente Coevorden werd op verschillende plekken flink
gevochten. Er lagen twee verdedigingslinies, de O lijn (langs de
grens vanaf de Haanrik, via Coevorden en Nieuw-Amsterdam naar Ter
Apel ) en de Q-lijn. De Q-lijn liep vanaf De Krim en Geesbrug langs
de Verlengde Hoogeveensche Vaart richting het Oranjekanaal.
Een belangrijk strategisch punt in de linie was de versterking bij
de Oosterhesselerbrug. De soldaten die langs de lijnen waren
gelegerd hadden de opdracht om te waarschuwen bij een vijandelijke
inval, bruggen te laten springen en waar mogelijk weerstand te
bieden. Aan de Oosterhesselerbrug vonden felle gevechten plaats.
Vanuit twee kazematten, een geschutsopstelling en een loopgraaf
konden de Nederlandse soldaten de Duitse troepen, op weg naar de
Afsluitdijk, urenlang tegenhouden.
Om 7.30 uur liet luitenant De Vroome de brug springen, om de Duitse
troepen schade toe te brengen. Vertragen lukte, maar tegenhouden
niet. Om 10.45 uur konden de Duitsers voorbij de Hesselerbrug
trekken richting de Afsluitdijk. Nederland werd bezet door de
Duitsers.
In eerste instantie leek het leven weer zijn normale loop te nemen.
De Duitsers stelden zich terughoudend op en hoopten dat ze de
Nederlanders door middel van propaganda via radio, film en kranten
konden winnen voor het nationaal-socialisme.
Alles wordt anders
Maar al snel werd alles anders. De Duitsers voerden allerlei
maatregelen in om de Nederlandse economie in te zetten voor Duits
gewin. Veel landbouwproducten en industriële producten werden
direct naar Duitsland afgevoerd. In Nederland ontstond hierdoor
groot tekort aan voedsel en andere producten, zoal zeep, kleding en
brandstof. Deze producten waren alleen nog maar op bonnen te
verkrijgen.
In Drenthe was er tijdens de oorlog door de aanwezigheid van de
vele boeren en veengebieden voldoende voedsel en brandstof
aanwezig. Veel mensen uit het westen van Nederland kwamen te voet
of op de fiets naar Drenthe om eten te verzamelen. Ook werden
Nederlandse mannen gedwongen om in Duitsland te gaan werken.
Verzet
Vanaf 1943 nam het verzet in Nederland tegen de Duitse bezetting toe. Veel verzetsmensen hebben de oorlog niet overleefd. Eén van die verzetsstrijders was Johannes Post uit Nieuwlande bij Oosterhesselen. Hij was de leider van de Landelijke Knokploeg. In de zomer van 1944 werd hij bij een bevrijdingsactie van gevangenen in Amsterdam opgepakt door De Duitsers. Als straf werd hij in de duinen van Bloemendaal gefusilleerd.
Jodenvervolging
Voor de Tweede Wereldoorlog was er in Coevorden een grote joodse
gemeenschap te vinden. In 1840 werd er een synagoge aan de
Kerkstraat gebouwd. Ook was er een godsdienstschool, waar ook de
joodse kinderen uit Dalen naar toe gingen. Daarnaast was er een
vereniging voor de studie van de Tora, voor de bedeling, voor de
verzorging van de voorwerpen uit de synagoge en waren er
ontspannings-, toneel-, en gezelligheidsverenigingen.
Gedurende de oorlog werden de joden in Coevorden getroffen door
dezelfde maatregelen als de rest van de joden in Nederland. Zij
moesten bijvoorbeeld verplicht de gele Davidsster met een 'J' er op
als herkenningsteken dragen en het was hen verboden publieke
plekken en openbare gelegenheden, zoals winkels, zwembaden en
hotels te betreden.
Kamp Geesbrug
Ten westen van Geesbrug, aan de weg naar Hoogeveen lag kamp
Geesbrug. Dit kamp bestond al voor de oorlog, toen woonden er
vooral werkeloze mensen uit Den Haag, die in Drenthe te werk
gesteld werden. Vanaf 1942 werden er joden in het kamp
ondergebracht. De meeste van deze joodse mannen kwamen niet uit
Drenthe, maar uit het westen van Nederland. Door de Duitsers werden
de joodse mannen ingezet als werkkrachten. Zo moesten ze de woeste
gronden ontginnen, sloten graven en de boeren helpen op het
land. Het leven in het kamp was niet gemakkelijk, er was
weinig te eten en de werkzaamheden waren zwaar. Gelukkig kregen de
joodse mannen wel af en toe eten van de boeren uit de
omgeving.
In de nacht van 2 op 3 oktober 1942 werden alle Drentse joden in
opdracht van de Duitsers naar kamp Westerbork gestuurd. Vanuit
Westerbork werden zij doorgestuurd naar concentratiekampen. Van de
1600 Drentse joden in 1940 waren er in 1947 slechts 147
overgebleven.
Nadat de joodse mannen vertrokken waren werd het kamp gebruikt voor de opvang van verschillende groepen mensen. Eerst voor evacués, die vanwege de aanleg van de Atlantikwall hun woning tijdelijk moesten verlaten. Daarna werd het kamp gebruikt voor arbeiders van de Arbeidsdienst en voor een groep van Hitlerjugend. Zij kregen in Geesbrug hun opleiding tot soldaat. Ook na de oorlog bleef het kamp een opvangplaats, totdat een varkenshouder de vergane barakken heeft gesloopt. Nu herinnert alleen een monument nog aan het kamp.
Overblijfselen van de bezetting
Op 6 april 1945 trokken Canadese soldaten, na felle gevechten
met de Duitsers, de stad binnen via de Bentheimerbrug. Kort daarna
werd ook de rest van de gemeente Coevorden bevrijd.
Er zijn nog verschillende sporen van de oorlog in de gemeente terug
te vinden. Bij Coevorden, Geesbrug, Sleen en Noord-Sleen
staan bijvoorbeeld nog bunkers. Deze bunkers, ook wel
kazematten genoemd, zijn in 1939 gebouwd ter bescherming van ons
land. Tijdens de meidagen van 1940 zaten hier Nederlandse
militairen gestationeerd om de Duitse soldaten te vertragen en zo
mogelijk tegen te houden.
Op verschillende plaatsen in de gemeente zijn monumenten te vinden
ter nagedachtenis aan de slachtoffers van de oorlog.
-
Coevorden
Bombardement
Op 21 februari 1945, rond kwart voor drie 's middags ronkten Duitse bommenwerpers boven Coevorden. Zij wierpen ongeveer 140 bommen af op fabrieken en spoorlijnen rondom Coevorden. Ook huizen en boerderijen raakten zwaar beschadigd. In de muur van de voormalige aardappelmeelfabriek in de Gramsbergerstraat is een natuurstenen plaquette te vinden ter herinnering aan de drie medewerkers die het bombardement niet overleefden. Aan de Robertweg in de muur van de fabriek Triton Karton is een zwarte plaquette te vinden met de namen van de zeven medewerkers die het bombardement niet overleefden.
Bentheimerbrug
Op de Bentheimerbrug zijn twee plaquettes op de hefbrugpijlers te vinden. De ene plaat herdenkt de militairen die bij het uitbreken van de oorlog zijn gesneuveld in hun poging de Duitsers tegen te houden. De andere plaat vermeld dat Coevorden op dit punt op 5 april 1945 haar Canadese bevrijders verwelkomde.
Synagoge
Het Joods monument is een abstracte metalen sculptuur die geplaatst is aan de muur van het voormalige woonhuis van de rabbi in Coevorden. Het ovale object heeft rechthoekige uitsparingen. In het midden zit een gat, dat de blijvende lege plaats symboliseert, die de omgekomen joden in de Coevorder gemeenschap hebben achtergelaten. Links van de sculptuur is een koperen gedenkplaat aangebracht met 124 namen en geboortedata van de joodse slachtoffers. Het huis naast het monument werd als synagoge gebruikt.
Verzetsmonument
In het van Heutszpark in Coevorden werd in 1949 het verzetsmonument onthuld, ter herinnering aan alle tijdens de Tweede Wereldoorlog gesneuvelde verzetsmensen. Het is een wit natuurstenen reliëf van een staande, geboeide man. Hij verbeeldt een verzetsman voor het vuurpeloton. Het reliëf is ingemetseld in een rode bakstenen muur. Aan beide kanten is een witte natuurstenen plaquette ingemetseld. -
Dalen
Oorlogsmonument
Op de Algemene Begraafplaats aan de Hoofdstraat in Dalen staat een oorlogsmonument dat aan de tien inwoners van Dalen herinnert, die tijdens de oorlog omkwamen. Het monument bestaat uit een zwerfkei met een in gebeitelde tekst. Ook bevinden zich hier de oorlogsgraven van de vier Canadese soldaten die omkwamen toen hun vliegtuig in de directe nabijheid van Dalen in 1943 werd neergeschoten.
Joods Monument
Bij de ingang van de Joodse Begraafplaats aan de Drift is het Joodse monument te vinden. Het monument bestaat uit een zwerfkei met een plaquette. De begraafplaats wordt ontsloten door een hekwerk met twee Davidsterren. Op de gedenkplaat staan de namen van de Joodse inwoners, die tijdens de oorlog zijn vermoord.
Indië-Monument
Het Indië-Monument is opgericht ter herinnering aan de Nederlandse soldaten die zijn omgekomen tijdens de politionele acties in Indonesië, na afloop van de Tweede Wereldoorlog. Het monument is te vinden aan de Hoofdstraat in Dalen. -
Geesbrug
Joods monument
Bij de ingang van het voormalig kamp Geesbrug is een gedenksteen te vinden. Dit monument herinnert aan de joodse mannen die in kamp Geesbrug hebben gezeten. Veel van deze mannen kwamen uit het westen van Nederland. Vanaf januari 1942 werden zij opgeroepen zich te melden voor vertrek naar Drenthe. De Duitsers zetten de joodse mannen in als werkkrachten. Ze moesten de woeste gronden ontginnen, sloten graven en de boeren helpen. In oktober werden alle joodse mannen doorgevoerd naar kamp Westerbork. Vanuit Westerbork gingen zij op transport naar de concentratiekampen. Veel van deze mensen hebben de oorlog niet overleefd. Het monument is te vinden aan de Verlengde Hoogeveensevaart in Geesbrug. -
Oosterhesselen
Oorlogsmonument
Bij de Nederlands Hervormde kerk in Oosterhesselen staat een zwerfkei met bronzen letters. Dit is een monument, dat herinnert aan tien medeburgers, die tijdens de oorlog zijn omgekomen. Hun namen staan op de plaquette voor het gedenkteken.
Oosterhesselerbrug
Aan het begin en einde van de Tweede Wereldoorlog werd er zwaar gevochten bij de Oosterhesselerbrug. De plaquette op de hefbrugpijlers herinnert de inwoners van Oosterhesselen aan beide momenten.
Gemeentehuis
In het voormalige gemeentehuis van Oosterhesselen is een gedenksteen van witte natuursteen te vinden. Het monument is ter herinnering aan tien inwoners geplaatst, die tijdens de oorlog om het leven zijn gekomen. -
Meppen
Monument voor burgemeester Cornelis de Kock
Op 18 september 1944 werd Cornelis de Kock, burgemeester van Oosterhesselen, op de weg tussen Meppen en Aalden door handlangers van de Duitse bezetter doodgeschoten. Eerst werd hij 's avonds door Duitse en Nederlandse SD'ers van huis gehaald en meegenomen naar Assen, zogenaamd voor verhoor. Net buiten Meppen werd hij uit de auto gesleurd en doodgeschoten. Aan de Aelderstraat, tussen Meppen en Aalden is het monument te zien. -
Schoonoord
Oorlogsmonument
Op de Algemene Begraafplaats in Schoonoord staat een monument dat alle gevallenen van de Tweede Wereldoorlog herdenkt. Het monument bestaat uit een houten kruis van ongeveer 1 meter hoog met aan de voet een plaquette. -
Sleen
Vliegtuigmonument
In de nacht van 13 op 14 mei 1943 stortte in het natuurgebied Sleenerzand een Brits vliegtuig neer. De zeven bemanningsleden kwamen hierbij om. Direct na de oorlog is een monument voor deze vliegers opgericht, dat bestaat uit onderdelen van het vliegtuig. Het monument is geadopteerd door groep 7 van basisschool De Fontein. Op het kerkhof van Sleen liggen meerdere graven van Engelse vliegers.
Heckscher-Monument
Achter de Ned. Herv. Kerk aan de Brink nr. 7 in Sleen staat een monument ter herinnering aan de Joodse familie Heckscher uit Sleen. De familie had een manufacturenwinkel in Sleen. Vader Izaak was actief in de korfbalvereniging, de motorfietsclub en de muziek- en toneelvereniging en stond bekend om zijn bijzondere gevoel voor humor. Vanwege de dreigende deportatie dook de familie onder. Helaas werden ze ontdekt en in 1942 werden ze vanuit Kamp Westerbork op transport gezet. Op 28 januari 1944 zijn moeder Elsiena en de twee zoons Meijer en Rolf in Auschwitz om het leven gekomen. Vader Izaak is op 31 maart 1945 omgekomen in KdoMühldorf.
Gedenksteen
Vlakbij Noord-Sleen, aan de rand van het Staatsbos staat een gedenksteen ter herinnering aan een neergestort geallieerd vliegtuig. Op 11 januari 1944 kwam het geallieerdevliegtuig boven Noord-Sleen in de problemen nadat het terugkeerde van een bombardement op Berlijn. Nadat alle 7 bemanningsleden uit het vliegtuig waren gesprongen, wist de piloot Th.E. White het vliegtuig zo te sturen dat het niet op het dorp neerstortte, maar even ten noorden ervan in de boswachterij 'Sleenerzand'. -
Wachtum
Monument voor Jan Otterman
Het monument voor Jan Otterman, op de splitsing van het Westereind en De Olde Hoek, is een gedenknaald van grijze natuursteen. Op de zuil staat de Nederlandse Leeuw. Ook zijn de naam, geboorte- en overlijdensdatum van Jan Otterman aangebracht. Jan Otterman was een verzetsstrijder uit Wachtum, die als ambtenaar op een distributiekantoor fraudeerde met de distributiebonnen. Uiteindelijk moest Jan Otterman onderduiken om uit de handen van de Duitsers te blijven. Toch hebben de Duitsers hem in 1944 weten te pakken. Otterman overleed in 1945 in het Duitse concentratiekamp Buchenwald.
In het kader van het project 'Adopteer een Monument' wordt dit monument vanaf de jaren '80 onderhouden door de schooljeugd van de Markeschool. Op 4 mei wordt een stille tocht gehouden naar het monument. Na een kranslegging en het spelen van het Wilhelmus en de Last Post dragen kinderen gedichten voor. -
Zweeloo
Oorlogsmonument
Het oorlogsmonument in Zweeloo herinnert aan de drie inwoners van Zweeloo, die tijdens de oorlog om het leven zijn gekomen. Het monument bestaat uit een zwerfkei met een metalen vlam en een opschrift in metalen letters. Het monument is geplaatst voor het voormalige gemeentehuis aan de Marktstraat.