De beschietingen langs het spoor eisen twee levens. Duitse bommen, eigenlijk bedoeld voor het afweergeschut, komen terecht in de stad. Een echtpaar komt om door een granaat die hun huis vernielt. Hun één week oude baby overleeft.
Op 14 mei 1940 worden alle inwoners geëvacueerd. Men is bang dat Culemborg in de frontlinie komt te liggen. Te voet en met paard en wagen trekt iedereen oostwaarts. Velen brengen de nacht door op hooizolders, in boerenschuren en in de kerk van Beusichem.
De volgende dag wordt echter bekendgemaakt dat Nederland zich heeft overgegeven. Iedereen kan weer naar huis. Toch blijkt het gevaar nog niet geweken. Tijdens de terugtocht wordt een vrachtauto bij Rijswijk beschoten. Een vrouw komt daarbij om het leven.