Oprichting SDAP
Streden o.a. voor algemeen kiesrecht en de verbetering van de situatie van arbeiders.
De SDAP ontstond op 26 augustus 1894 in Zwolle door leden van de Sociaal-Democratische Bond (SDB) van Domela Nieuwenhuis. De oprichters waren Pieter Troelstra,. Jan Schaper en Willem Vliegen.
In 1897 kregen de sociaaldemocraten voor het eerst twee zetels in de Tweede Kamer. Door deze 'doorbraak' werd de hoofdactiviteit van de partij het parlementaire werk. Ze sloten zich aan bij de Tweede Internationale, de organisatie van socialistische partijen in Europa.
Hun uitgangspunt was het streven naar een socialistische maatschappij, waarin de belangrijkste industrieën en de winning van delfstoffen zoals erts, limoniet, metaal, meerschuim, mineraal en steen aan de staat toebehoorden.
Oorspronkelijk had de partij zowel een reformistische als een orthodoxe kant. Na jarenlange conflicten tussen principiële marxisten binnen de SDAP en SDAP-voorzitter Pieter Troelstra, waarbij Troelstra en het partijbestuur de toon van de marxisten niet langer meer accepteerde, werd op het partijcongres van 13-14 februari 1909 de redactie van het marxistische tijdschrijft De Tribune als lid geschrapt en uitgesloten. Hierdoor verloor de SDAP 400 andere leden die in op 14 maart 1909 hun eigen partij oprichtten: de SDP (Sociaal-Democratische Partij).
Uiteindelijk heeft Willem Drees nog een belangrijke rol gespeeld in het opbloeien van de partij en is hij uiteindelijk uitgebloeid in de PvdA die we nu nog kennen.
De oprichting van de SDAP heeft een bijdrage geleverd aan de parlementaire democratie en de rechtstaat omdat de partij o.a. streed voor het algemeen kiesrecht en voor de verbetering van de situatie van arbeiders en ze wouden de maatschappij socialistischer maken. Ook is het belangrijk geweest omdat de sociaaldemocraten een groot deel uit maken van de politiek, niet alleen toen maar zeker ook nu. Ze hebben er dus mede voor gezorgd dat sociale wetten in werden gevoerd en hebben dus een steentje bijgedragen aan de parlementaire democratie.