Al eerder had er een paardentram gereden tussen Gorssel en Zutphen. En sinds 1885 onderhield de Geldersch-Overijsselse Stoomtramweg Maatschappij GOSM per stoomtram een verbinding van Deventer naar Borculo via Epse, Harfsen, Laren, Lochem en Barchem. Alle regionale tramlijnen werden vanaf 1934 geëxploiteerd door één onderneming, de Geldersche Tramwegen GTW.
Exploitatie
De exploitatie werd al voor de oorlog steeds moeilijker voor het vervoer van personen. Voor het transport grondstoffen voor en producten van de industrie loonde het nog wel. Maar nadat aan het eind van de oorlog de bruggen over het Twentekanaal vernield waren en de sporen zeker tien jaar onbruikbaar bleven werden de tramdiensten niet meer hervat.
Treinen
Bij de spoorlijn van Zutphen naar Winterswijk, die een korte boog door Lochem maakt, was de ontwikkeling juist andersom. Door de Winterswijkse textielbaron Willink in 1878 geïnitieerd voor goederentransport naar Winterswijk en het Ruhrgebied, bood hij pas veel later plaats aan reizigers. En juist die laatste functie is gebleven.
Staatslijnen
Al sinds 1865 lopen twee 'staatslijnen' door (de huidige gemeente) Lochem. Staatslijn A (Arnhem) - Zutphen – Deventer (– Leeuwarden) en staatslijn D Zutphen – Hengelo (-Enschede – Gronau). Van beide lijnen werd de loop beïnvloed door grootgrondbezitters. De bewoners van huis 't Joppe en die van huis Ampsen stelden alleen grond ter beschikking als er een station dicht bij hun huis kwam te liggen. Dat verklaart waarom station Lochem zo ver van de stad ligt en het tot 1938 in gebruik zijnde station Gorssel zo ver van het dorp.
Haltes
Behalve bij Gorssel waren er op het traject Deventer-Zutphen ook nog haltes bij Epse, Eefde en Hungerink-Mettray. Aan de lijn Zutphen – Hengelo lag, behalve het station Lochem, ook het station Laren, eigenlijk dichter bij Almen; tot 1938 was het reizigersstation.
Rechten
Wout Klein 2021, CC-BY-NC-SA
