Graven van Hamaland
De oudst bekende grondheren waren de graven van Hamaland, die in onze omgeving uitgebreide bezittingen hadden. Het graafschap Hamaland bevatte de Veluwe, de IJsselstreek, de Achterhoek, Montferland en een gedeelte over de grens bij Duitsland. De graven zelf vonden hun oorsprong in grondbezitter Brunhari, wiens zoon Wrachari rond 800 grondeigenaar werd in de IJsselgouw. De graven werden vaak 'Brunharingen' genoemd, maar ook 'Meginharden', naar zijn zoon Meginhard.
Verdeling van bezit
Ten behoeve van zijn horigen had een van deze graven, waarschijnlijk reeds voor het jaar 800, de stichting van een kerk in Putten uit eigen middelen bekostigd, een zogenaamde 'eigenkerk'. Ook kennen wij de in Rhenen wonende edelman Folkerus die in de 9e eeuw leefde en die ook veel bezit had in Putten.
Door schenkingen van deze edelen en andere grootgrondbezitters zijn grote aantallen boerderijen in bezit gekomen van geestelijke instellingen, zoals kloosters, abdijen, stiften, kapittels en dergelijke. Voor Putten en omstreken waren dit voor een groot deel kloosters in het aangrenzende tegenwoordig Duitse gebied. De belangrijkste waren de proosdij te Werden, het vrouwenstift bij Elten en de Abdinchof te Paderborn.