Iets over de grens met Drenthe, bij het dorpje Een, ligt een schans uit 1593. Het is de Zwartendijksterschans, ook wel Eenerschans genoemd. Willem Lodewijk van Nassau liet de schans bouwen als onderdeel van de schansenlinie tussen Breeberg (ten westen van Bakkeveen) en Friesche Palen. De linie beschermde Friesland tegen de Spaanse troepen. De schans lag op een strategische plek aan de postweg van Drenthe via Bakkeveen naar Friesland. Deze weg staat bekend als de 'Swarte Dijck' (nu Schansweg) en was de enige doorgang door het onbegaanbare hoogveenmoeras. Toch kon het Spaanse leger op 28 september 1593 de schans passeren. Door de hete, droge zomer dat jaar was het moeras vrij droog. Een aantal Spanjaarden leidden de troepen in de schans af terwijl de rest van het leger eromheen trok.
In de 17e eeuw werd de Zwartendijksterschans uitgebreid met een wachtpost en militaire bebouwing binnen de schans. Later deed de schans nog dienst in de strijd tegen de bisschop van Münster. Daarna trad het verval in. In de eerste helft van de 20e eeuw lagen er alleen nog resten van de schans. Tijdens een restauratie werd de oorspronkelijke vorm weer teruggebracht. De bekende archeoloog professor A.E. van Giffen (1884-1973) deed er opgravingen. Zijn vondsten herinneren aan de strijd: kanonskogels, menselijke resten en een krijgsmanhoed met rood haar.