Na 1950 verandert de band tussen Nederland en de kolonieën in 'de West' (de Antillen en Suriname) volledig. Nederland blijft hier de baas, maar de bewoners mogen voortaan zelf over hun land regeren. De mensen krijgen ook kiesrecht. Deze afspraken zijn opgeschreven in het 'Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden', een soort grondwet. Op 15 december 1954 kondigt koningin Juliana het Statuut af in de Ridderzaal in Den Haag. Suriname wordt in 1975 onafhankelijk van Nederland.