Massaontslagen

De crisisjaren

Tijd van wereldoorlogen

In oktober 1929 ontstond er vanuit de Verenigde Staten een wereldwijde beurscrisis. Oorzaak daarvan was een overproductie in de landbouw en de industrie. Daarnaast werd er veel geld geleend om mee te speculeren op de beurzen. Toen de aandelen hun waarde verloren, ontstond er een run op het nog beschikbare spaargeld, waardoor banken achter elkaar failliet gingen.
In 1930 werden bij de Koninklijke Stoomweverij (KSW) 400 arbeiders ontslagen. Overigens was hier niet alleen de crisis debet aan, maar ook de aanschaf van halfautomatische weefmachines, de Northrop-getouwen. Uit sociale overwegingen werden ze niet volledig ingeschakeld. Desondanks ging de productie toch omhoog met als gevolg dat ruim 20% van de arbeiders moest worden ontslagen. Natuurlijk speelde ook mee dat de kosten zoveel mogelijk gedrukt moesten worden.

Gevolgen van de crisis voor Nijverdal

De invloed van de crisis op de Twentse textielindustrie was groot. Fabrieken als de KSW hadden hun afzetmarkt vooral in Nederlands-Indië, maar ook in andere landen. De export van weefsels liep zo sterk terug dat vele gedwongen ontslagen onvermijdelijk waren. Door de KSW en de Nederlandse Stoom Blekerij, Nijverdals tweede textielfabriek, werden allereerst getrouwde vrouwen, jongeren en personeel dat nog maar kort in dienst was, op straat gezet.
In 1933 dreigde een massaontslag bij de KSW. Op het Marktplein aan de Spoorstraat werd een openluchtvergadering gehouden, waar burgemeester Van den Steen van Ommeren en dominee Hijmans de werknemers toespraken. Het mocht niet baten. Er volgde opnieuw massaontslag bij de KSW. Honderden arbeiders kwamen op straat te staan.

Werkverschaffing

Veel werklozen werden tewerk gesteld in de zogenaamde Werkverschaffing. De KSW startte evenals de overheid grote ontginningstrajecten om de tot dan toe woeste heide- en veengebieden in cultuur te brengen en geschikt te maken voor bos- en landbouw. De fabriek had dat al eerder gedaan in de periode 1914-1918 toen onder andere het Marleseveld werd ontgonnen.
Een bekend deuntje dat in de crisistijd ook in Nijverdal werd gezongen, was:
We gaan naar de Weitemanslanden
Met de schop in de handen.

Ander werk

Andere werkloze Nijverdallers probeerden een eigen winkel op te zetten. Een bekend voorbeeld daarvan is fotograaf Hemmink, die als jonge wever werd ontslagen bij de KSW. Zijn naam was tot ver na de Tweede Wereldoorlog een begrip. Sinds 1936 trok de economie weer aan, mede door de devaluatie van de gulden. De KSW maakte sindsdien weer een bescheiden winst. 2 jaar later werden desondanks nog 80 arbeiders op straat gezet. Pas na de Tweede Wereldoorlog brak een nieuwe bloeiperiode aan.

Werkverschaffing in de oorlog

In 1940 werd op de Twilhaar begonnen met de bouw van barakken voor werklozen uit het westen van het land. Tijdens de oorlog werden werknemers van de KSW ingezet bij het rooien van stobben in de Eelerberg en bij het turf winnen in het Gagelmansveentje. De stobben en de turf werden gebruikt in de gaarkeuken in het complex van de KSW.