Venster van de Bataafse Republiek

1795

De Bataafse republiek bestond van 1795 tot 1806. Vanaf 1801 heette het Bataafse Gemenebest.
In 1798 bestond de Bataafse republiek grotendeels uit noord Nederland, zeeland en een stukje Noord-Brabant. Later toen het de Bataafse gemenebest werd kwam de rest van noord- Brabant erbij. Limburg behoorde nog tot de Franse republiek. Van 1795 tot 1801 was Den Haag ook de hoofdstad van de Bataafse republiek.
De Bataafse republiek is gevormd door de steun van de militaire van de Franse republiek. Op 1 maart 1796 was er voor de eerste keer in de Nederlandse geschiedenis een nationaal parlement en democratisch parlement bij elkaar gekozen. Er kwam een einde aan de Bataafse republiek toen men begon met het stichten van het koninkrijk Holland. Dit gebeurde in 1806.
De naam de Bataafse republiek komt af van de Bataven, dat was een Germaanse stam die leefde in de tijden van Julius caesar. In verloop van de vroegmoderne tijd werden de Bataven steeds meer en vaker gezien als de voorouders van de inwoners die later in de zeven provinciën zouden wonen.
De Bataafse republiek is nooit officieel als staat uitgeroepen, maar word toch door de Nederlandse geschiedenis aangehouden. Dit doen ze met de begindatum 19 januari 1795, dit is namelijk een dag nadat de erfstadhouder Willem V naar Engeland was gevlucht. Op 19 januari werd ook het bestuur van Amsterdam overgenomen door het Amsterdams Comité Revolutionair. Deze overname was geweldloos.