Explosies
Op 13 mei 2000 brak er brand uit bij een pakhuis van S.E. Fireworks in de wijk Roombeek. In dit pakhuis lag ongeveer 900 kilo vuurwerk opgeslagen. Al snel verspreidde het vuur zich naar twee containers, waar ook vuurwerk in lag opgeslagen. Het lukte de brandweer niet om het vuur te blussen. Er vloog nog een derde container in de brand, die snel daarna ontplofte. Deze ontploffing zorgde voor de explosie van de grootste opslagruimte, waarbij 177 ton vuurwerk ontplofte.
Wijk verwoest
Door de ontploffingen werd de heel Roomwijk verwoest. Ooggetuige Herman van Schaïk vertelde in het Reformatorisch Dagblad van 19 mei 2000: "Knal twee was echt een gigantische dreun. Het was heel angstig. De tafels waaiden door de kamer. De voordeur lag eruit. De wc muur kwam naar beneden. De garagemuur was weggeslagen." En: "Knal drie, een paar seconden later, was allesvernietigend. De voorgevel van de kamer werd naar binnen geslagen. Wat een puin, onvoorstelbaar. Het leek alsof een reus, die honderd keer groter is dan jijzelf, tegen het huis stond te schoppen."
Rampzalig
Tweehonderd woningen werden helemaal verwoest en ook een groot aantal woningen en bedrijven buiten de wijk raakten zwaar beschadigd. Er kwamen 23 mensen om en 950 mensen raakten gewond. Ook raakten 1.250 mensen dakloos. Doordat de explosies en de rookwolken vanuit de hele regio te zien waren, kwam er al snel hulp uit andere Twentse steden en Duitsland.
Stille tocht
Op 19 mei werd er een stille tocht door Enschede gelopen. Er deden meer dan 100.000 mensen aan mee. Ook prins Willem-Alexander liep in de stoet mee. Koningin Beatrix had het rampgebied al eerder bezocht. Er werd een gedicht van de Enschedese schrijver en dichter Willem Wilmink voorgedragen:
Enschede huilt
Een buurt, die wel veel zorgen had,
maar die ook vol verhalen zat,
vol humor en gezelligheid,
die buurt zijn we voor eeuwig kwijt.
Daar waar het vol van kinderen was,
verschillend van geloof en ras,
maar in hun spel gelijkgezind
loopt nu geen enkel kind.
In de oorlog stond de stad in brand
op Pathmos, Zwik en Hogeland:
meer dan een halve eeuw nadien
kun je daarvan nog sporen zien.
Nu is, in de heerlijke maand mei,
bij vogelzang, zo vrij en blij