Eerste bewijsstuk
Het gilde is waarschijnlijk eerder gesticht dan in 1491. Maar uit dat jaar stamt het eerste ‘bewijsstuk’ van het bestaan van het gilde. Het Odulphusgilde ging toen een overeenkomst aan, waarbij de inkomsten van het gilde gevoegd werden bij de nalatenschap van Engelbert van den Spijker. Hij was een Oirschotse kanunnik die in Best geboren was. Engelbert had in zijn testament bepaald dat uit zijn erfenis twee priesters betaald moesten worden voor de Odulphuskapel in Best. Door de inkomsten van het gilde hieraan toe te voegen, nam het gilde zijn verantwoordelijkheid voor een goede zielzorg in Best.
Schuttersgilde
Het Odulphusgilde is een schuttersgilde. Dat betekent dat de leden met een voetboog (ook wel katroolboog genoemd) schieten. Daarmee schieten de leden op schutsboom die 28 meter hoog is. Om de drie jaar vindt het Koningsschieten plaats. Bij de schietwedstrijd wordt een houten vogel op de schutsboom geplaatst. De schutter die het laatste stuk van de houten vogel schiet, draagt drie jaar de titel van Koning. Wie drie maal koning is geworden, mag de eretitel Keizer dragen. Hiervoor moet hij wel wachten tot de vorige Keizer is vertrokken of is overleden. Tot die tijd is hij “Wachtende Keizer”. Een Koning is verplicht een schild te laten maken van zilver met daarop het jaar van Koningschap en vaak iets over het beroep van de schenker. Bij officiële gelegenheden worden deze schilden gedragen door de Dekens.
Functies
Binnen het gilde zijn er verschillende functies. De overheid (het bestuur) wordt gevormd door de Dekens en de Hopman (voorzitter). Zij worden voor het leven benoemd. De hopman draagt een zilveren sikkel of plaat op de borst en in zijn hand een piek, hellebaard of hoofdmanstok. Verder zijn er tamboers (die de trommels bespelen), vendeliers (die me de vlaggen zwaaien) en zilverdragers (de leden die zilver dragen dat ze van de koning hebben gekregen) en de standaardruiter (die aan het begin van de stoet op een paard met het vaandel rijdt).
Vaandel
Op het vaandel van het Odulphusgilde staat de patroonheilige Sint Odulphus, afgebeeld in een Mandorla (een amandelvormige stralenkrans). Hij draagt liturgische kleding: een superplie en stola met kelk in de rechterhand. Deze kelk is het symbool van de eucharistie (brood en wijn). In zijn linkerhand heeft hij een gouden appel. Het vaandel is gemaakt door Joke Willigers en het ontwerp is van Leo van der Sangen uit Best. In 2004 is het vaandel geschonken door de gildebroeders Gerrit-Jan en Hein Swinkels.
Vendelzwaaien
De vendeliers zijn getraind in het vendelzwaaien. Vaak is dit een eerbetoon aan een kerkelijke of wereldlijke macht. Terwijl er tromgeroffel is, zwaait de vendelier de vlag met sierlijke bewegingen in bepaalde overvloeiende figuren. Dit zwaaien wordt gezien als de uitbeelding van een gebed tussen het goed en kwaad. Elke slag van de vlag heeft ook een eigen betekenis. Het vendelen gebeurt met een toegewijde eerbied en is dan ook een vertoon van kracht, fierheid en behendigheid. De vlag mag overigens nooit de grond raken.
Koningsschieten
Elke drie jaar is er bij het gilde het Koningsschieten. Er wordt dan met een voetboog geschoten op een houten vogel die op een houten paal boven 28 meter van de grond staat. Deze vogel wordt gemaakt van het voetstuk van een populier en bestaat uit een romp waar gaten in zijn geboord. In deze gaten wordt een losse kop, twee losse vleugels en een losse staart bevestigd. Hierna wordt de vogel boven op de wip gezet, dit is de top van de schutsboom. Hij wordt er dan opgezet met de kop naar de kerk gericht. De Overheid zet deze vogel op zo’n manier op de boom dat ze verwachten dat er meerdere schoten nodig zijn, voordat de vogel eraf is geschoten. Degene die het laaste stuk van de vogel eraf schiet, wordt de Koning genoemd. Hij krijgt dan ook de zilverenpapegaai als een onderscheidingsteken. Dit moet hij bij officiële optredens van het Gilde dragen. Ook moet de koning verplicht in Best zelf wonen en is hij verplicht ieder jaar op de Gildedag de Overheid met tamboers-vendeliers en zilverdragers op het ontbijt te ontvangen. Verder zal hij het vermogen van het Gilde moeten vergroten door het schenken van een koningsschild. Op dat schild staat de naam van de koning, het jaar en datum van het Koningsschieten en een wapen of huismerk van de koning. Als je drie keer Koning bent geworden, mag je jezelf Keizer noemen. De keizer moet een Keizerszilver schenken aan het gilde.