Verhuizing naar Het Meisjeshuis in Delft

Judith Tegelaers

Erfgoedhuis Zuid-Holland was van 2001 tot 2005 gehuisvest in een monumentaal pand van het Hoogheemraadschap van Rijnland in de Breestraat in Leiden. Een prachtig pand, maar al snel groeiden we eruit: de kamers waren overvol, onze cursussen werden op zolder gegeven, waarbij je moest vragen aan de deelnemers om een extra trui mee te nemen als het hard waaide. Er was geen lift aanwezig, dus alle spullen moesten handmatig naar boven worden gedragen. En tegelijk haalde directeur van het eerste uur, Andries Ponsteen, nieuwe projecten en dus ook mensen binnen die goed bij Erfgoedhuis Zuid-Holland pasten.

Gouden greep

Het waren de jaren van de grote groei van Erfgoedhuis Zuid-Holland. Er werd gezocht naar andere locaties in Leiden. Maar na enkele vruchteloze pogingen werd ook verder gekeken naar andere Zuid-Hollandse steden. Ook Delft kwam in beeld, daar werd een monumentaal pand op de Oude Delft gerestaureerd. Daarvoor werd gezocht naar een culturele bestemming. Andries (Ponsteen, red.) raakte in gesprek met de mensen van het voormalige weeshuis in Delft. Hij nam zelfs plaats in het bestuur van het Meisjeshuis. De verbouwing vond plaats van 2002-2005. Zo konden er in alle rust ook vanuit de locatie in Leiden voorbereidingen worden getroffen voor een verhuizing.

Het bleek een gouden greep te zijn! Hulde aan de vooruitziende blik van Andries, want Het Meisjeshuis is een prachtig pand met veel mogelijkheden. Bijvoorbeeld een ruimte waar cursussen gegeven kunnen worden. We konden ook gebruik maken van de faciliteiten van de Sociëteit in het achterhuis. Hierdoor konden we ook wat grotere lezingen of studiemiddagen verzorgen in de grote zaal. Inclusief een drankje na afloop van onze activiteiten in het café beneden, met een uitloop naar de tuin met mooi weer.


Abseilen

De opening in 2005 verliep spectaculair. De ruimte in Het Meisjeshuis zelf was te klein voor alle genodigden, dus werd de net overkapte binnentuin van het Prinsenhof afgehuurd voor de toespraken. En daarna met 200 genodigden over de Oude Delft naar onze nieuwe behuizing aan nummer 116, zodat iedereen het mooie pand kon bekijken. We hadden op dat moment een zeer sportieve gedeputeerde (Erik van Heijningen) die wel in was voor een speciale openingsdaad. Onze Monumentenwacht verzon daarop dat hij kon ‘abseilen’ van het dak van Het Meisjeshuis naar beneden, met de sleutel in zijn hand. Om daarna het pand officieel te openen. 

De openingsdag brak aan en alle genodigden stonden buiten voor Het Meisjeshuis. Daar verscheen de gedeputeerde op het dak in een net pak, ingesnoerd in touwen geflankeerd door twee monumentenwachters. Hij sprong als een ervaren bergbeklimmer achterstevoren een stukje naar beneden en zette zich vervolgens af met zijn voeten tegen de gevel om zo verder af te dalen. Alleen door zijn snelheid ‘viel’ hij in de rem en kwam halverwege de eerste verdieping vast te zitten. De menigte beneden begon na 10 minuten steeds ongemakkelijker om zich heen te kijken. Uiteindelijk hielp een monumentenwachter hem zodat hij de tocht naar beneden kon voortzetten. Daar aangekomen, opende hij de voordeur van Het Meisjeshuis en onder luid applaus (en opluchting) van alle aanwezigen werd daarmee het nieuwe onderkomen van Erfgoedhuis Zuid-Holland officieel geopend.