Het bekeringswerk van de monnik Liudger in het noorden van Nederland
De monnik Liudger is geboren in de buurt van Utrecht. Hij heeft zijn opleiding genoten in de Engelse stad York, waar monniken worden opgeleid om in onze streken de bevolking tot het christendom te bekeren. In 786 krijgt hij van koning Karel de Grote de opdracht om in het noorden van het huidige Nederland aan de slag te gaan. Hij is niet benauwd uitgevallen en begint vanuit Dokkum (waar zijn voorganger Bonifatius is vermoord) zijn bekeringswerk in de gouwen Humsterland, Hunsingo en Fivelingo. Bij zijn werk is hij sterk afhankelijk van de Frankische zwaarden en speren. De 'bekeringen' gaan lang niet altijd vrijwillig. Over Liudger doen veel wonderverhalen de ronde. Zo zou hij de blinde Friese bard (zanger) Bernlef hebben genezen. Later trekt hij naar Duitsland en sticht daar omstreeks 800 het Benedictijner klooster van Werden (in het Ruhrgebied). Door de schenkingen van bekeerde gelovigen krijgt dit klooster veel bezittingen in de Ommelanden. Liudger wordt in 805 de eerste bisschop van het bisdom Münster. Na zijn dood wordt hij begraven in het klooster Werden.