Troonswisseling

Bij de troonswisseling in Nederland op 30 april 2013 vond in Amsterdam de abdicatie plaats van koningin Beatrix, gevolgd door de inhuldiging van Willem-Alexander als Koning der Nederlanden.

Beatrix was sinds 30 april 1980 koningin van het Koninkrijk der Nederland, als opvolgster van koningin Juliana. Op 28 januari 2013 kondigde Beatrix met een toespraak op de Nederlandse televisie en radio aan dat ze haar ambt op 30 april van datzelfde jaar zou overdragen aan haar oudste kind, de Prins van Oranje.[1] Kroonprins Willem-Alexander vertelde op 17 april 2013 dat zijn moeder iets meer dan een jaar voor haar officiële bekendmaking binnenskamers al had aangekondigd te willen aftreden. Daarop werd, na overleg met hem en zijn echtgenote Máxima, een datum vastgesteld.

De ceremonie vond volgens de traditie plaats in de Mozeszaal van het Paleis op de Dam. De koningin hield een korte toespraak. Aansluitend las de directeur van het Kabinet der Koningin de Akte van Abdicatie voor, die de koningin vervolgens bekrachtigde met haar handtekening. Vanaf dat moment was prins Willem-Alexander Koning der Nederlanden. Na zijn moeder plaatste koning Willem-Alexander als eerste getuige zijn handtekening onder de akte. Daarna volgden Máxima en eenendertig anderen.

Máxima blijft als echtgenote van het staatshoofd de titels van Prinses der Nederlanden en Prinses van Oranje-Nassau dragen. Zij wordt aangeduid als koningin. Haar aanspreektitel is majesteit.

Vervolgens begaven prinses Beatrix en koning Willem-Alexander zich met Máxima naar het paleisbalkon, waar Beatrix haar zoon als nieuwe koning voorstelde aan het volk op de Dam. Ook Willem-Alexander hield een korte toespraak. Na een uitvoering van het Wilhelmus verliet prinses Beatrix het balkon en voegden de drie kinderen van het koningspaar zich bij hun ouders en werden de toeschouwers in de gelegenheid gesteld het koninklijk gezin toe te juichen. Na afloop van de balkonscène werd op de Dam door een omstander een oranje rookbom afgestoken.