In de muntenschat zaten vooral bronzen en een paar zilveren munten. Daarop waren keizer Constantijn de Grote en enkele andere keizers afgebeeld. Veel munten waren niet groter dan een oude halve cent. Pas in 1958 werd de muntenschat uitgebreid onderzocht. Hieruit bleek dat de munten tussen 250 en 402 na Christus gemaakt zijn. Waarschijnlijk maakten de munten deel uit van de scheepslading van een vergaan schip op weg naar Engeland. Vroeger stroomde er op die plek mogelijk een vertakking van de rivier de Ade naar de Noordzee.
Romeinse muntenvondst in Haarlemmermeer
Weinig mensen weten dat de grootste muntenschat in Nederland gevonden is in Haarlemmermeer. In 1920 vond boer Dirk Johannes Gijsbert Krijger tijdens het ploegen van zijn land bij de Huigsloterdijk een grote partij Romeinse munten: maar liefst 12.389 stuks!