Meer bewoners
Rond 250 v. Christus kwamen er meer mensen in West-Friesland. Ze woonden niet meer alleen op de strandwallen. Ook in het lage achterland vestigden zich bewoners. Door de eeuwenlange begroeiing was de veengrond geschikt voor bewoning. Om het land nog droger te krijgen groeven de bewoners sloten zodat het water weg kon lopen.
Invloed van de Romeinen
In Friezenland heerste er vrede. Toen de Romeinen kwamen veranderde dit. De Germaanse stammen vielen steeds meer het Romeinse Rijk binnen. Keizer Augustus (27 v. Chr. - 14 n. Chr) ging daarom zijn grenzen sterker maken. De Romeinen wilden zelfs hun grens verleggen van de Rijn naar de Elbe maar dit ging niet goed. Het lukte de Romeinen niet om oorlog te voeren in het moeras en ze trokken zich terug.
Lezen en schrijven
Door de komst van de Romeinen veranderde er veel. De mensen in Friezenland konden nog niet lezen en schrijven. Dit leerden ze van de Romeinen en het betekende het einde van de prehistorie. De Romeinen schreven zelf ook al over de Friezen. Plinius, een Romein, beschreef als eerste de Friezen. Hij vond het maar niks. Een volk dat leefde op terpen in een nat en moerassig gebied.
Gevecht om runderhuiden
De Friezen betaalden elk jaar een aantal runderhuiden aan de Romeinen. Dit was een soort belasting. Toen in 28 n. Chr. de Romeinen meer runderhuiden wilden hebben, kwamen de Friezen in opstand. Het meest noordelijke fort Castellum Flevum lag bij het tegenwoordige Velsen, aan de oever van het oer-IJ. De Friezen waren zo boos dat ze het havenfort Castellum Flevum aanvielen. Hierbij werd een groot aantal Romeinen gedood. Na deze aanval trokken de Romeinen zich in 47 n. Chr. definitief terug achter de oude Rijn.
Handel met andere Friezen en Romeinen
Friezenland was een heel groot gebied. Friesland, Zeeland en Noord- en Zuid-Holland waren er onderdeel van. De West-Friezen hadden ook contact met de andere Friezen. Dit weten door de vondst van scherven aardewerk in de grond.
Ook tussen de Friezen en de Romeinen was er ruilhandel. Vooral stof van de Friezen was geliefd bij de Romeinen, hiervoor kregen ze Romeins muntgeld.