Paviljoen Zwemlust

Badplaats brengt het toerisme op gang

Tijd van wereldoorlogen

In mei 1933 opende paviljoen Zwemlust aan de Vollenhoofse Zuiderzeekust feestelijk zijn deuren. Al in het eerste seizoen lokte het paviljoen zoveel bezoekers dat de voorzieningen moesten worden uitgebreid. Dagjesmensen trokken met de stoomtram vanuit de richting Zwolle of bus vanuit de richting Meppel naar Vollenhove. Meteen al op Tweede Pinksterdag waren er maar liefst 4.000 gasten, bijna driemaal zoveel als het inwonertal van de stad.

Zuiderzeestrand

Het Zuiderzeestrand bij Vollenhove trok in de jaren '30 van de vorige eeuw steeds meer liefhebbers van zon en water. De noordwestflank van de Voorst bood door zijn hoogte en beschutting kans op een heerlijk verblijf in de zon. Het paalscherm, dat eeuwenlang de kust tegen afslag had beschermd, werd door de komst van de Afsluitdijk overbodig en verdween allengs zodat de golven ook het strand bereikten. Naast onbekommerd pootjebaden kon er nu ook worden gezwommen en gezeild. De Vollenhoofse ondernemers Luut de Lange en Barend Velsen roken hun kans en zagen handel in het strand. Er kwam een paviljoen, een tiental badhokjes, een tennisbaan, afgebakend zwemwater en er werden roeibootjes verhuurd. Enkele seizoenen lang was Vollenhove dé badplaats van het oosten. In 1937 verschenen echter baggeraars voor de aanleg van de ringdijk van de Noordoostpolder. Hierdoor verdween het mooie uitzicht en vermoedelijk ook het heldere water. De drooglegging van de polder betekende het einde voor het succesvolle paviljoen.

Zwembad

Tegenwoordig staat op de oorspronkelijke plek van paviljoen Zwemlust een grote camping, 't Akkertien op de Voorst. Na de Tweede Wereldoorlog was een poging gedaan om het succes van Zwemlust te herhalen aan het Zwartemeer bij Kadoelen. Dit was echter geen lang leven beschoren. Alternatieve plannen voor een strand aan het Vollenhovermeer kwamen niet van de grond. In plaats daarvan kwamen er eerst een modern buitenbad en later een binnenzwembad. Daarnaast heeft de gemeente Noordoostpolder aan de overzijde van het meer een surfstrandje gecreëerd. Voor de waterrecreant is er in Vollenhove dus nog voldoende aanbod.

Van VVV naar WaterReijk

Als gevolg van het toenemend enthousiasme om te baden bij de Voorst werd in 1931 een Vereniging voor Vreemdelingenverkeer (VVV) opgericht. Dat Vollenhove als pittoresk plaatsje al in de belangstelling stond, blijkt uit de vele tientallen ansichtkaarten die rond de eeuwwisseling van 1900 onder meer door hotelgasten van Seidel en Van der Veen menig adres bereikten. In de jaren zestig kwam er het boekje Vollenhove, stad der paleizen om de toerist bij zijn wandeling door de historische binnenstad te ondersteunen. Vanaf 1973 werd de gerestaureerde binnenhaven voor de passerende pleziervaart ingericht. Toen in 1994 ook de voor de inpoldering tot werkhaven omgebouwde buitenhaven werd aangepast voor de waterrecreatie kreeg de VVV een eigen kantoor, gecombineerd met dat van de havenmeester. Inmiddels is het plaatselijke toeristische bureau opgenomen in een groter verband dat het hele gebied van de Weerribben en Wieden omvat. Onder de naam WaterReijk wordt nu informatie verschaft over natuur, kunst en cultuur, recreatie en activiteiten in de regio.
Dankzij de vele boerencampings in de omgeving en het grote aantal fietstoeristen is Vollenhove 's zomers sinds de sluiting van het strandpaviljoen allesbehalve verlaten. De unieke combinatie van het lichtglooiende landschap van het Hoge Land van Vollenhove, het Voorster- en Waterloopbos in de polder en het watersport- en natuurgebied de Wieden, met een historische en monumentale stad ertussenin maakt Vollenhove en zijn omgeving tot een toeristische bestemming van topkwaliteit.