Nee, Heemstede is van eenvoudiger komaf en moet het stellen met een oorsprong die minder tot de verbeelding spreekt als die van Rome of Haarlem. Het dorp is een van de eenvoudige nederzettingen aan de rand van een strandwal, in de schaduw van de ontwikkelingen die zich in Haarlem voltrekken.
Geestnederzetting
Heemstede is ontstaan als een geestnederzetting. In zo’n nederzetting nam de geest, het akkerland op de strandwal, een centrale plek in. De boerderijen lagen langs een pad langs de geest, op de overgang van de akkers op de geest naar de weides in de veengebieden. Op een kaart uit 1622, getekend door Balthasar Floriszoon van Berckenrode, zijn de gebieden Grote Geest en Kleine Geest te zien (klik op de kaart in de balk rechts).
De naam Heemstede bestaat uit twee delen: ‘heem’ en ‘stede’. ‘Heem’ kan grondgebied, nederzetting, woonplaats, woning, erf e.d. betekenen en is vaak verbasterd tot ‘hem’ of ‘um’, zoals in Haarlem en Castricum. ‘Stede’ kan plaats, oord of boerderij betekenen (maar ook stad).
Van Holy
Nadat Haarlem stadsrechten had gekregen moesten de graven van Holland, Willem II en zijn zoon Floris V, de bewoningscentra buiten Haarlem omvormen tot ambachten. Toen Haarlem nog geen stad was, strekte het Haarlemmerambacht zich namelijk uit van het IJ in het noorden tot de Kennemerbeek (aan de zuidrand van het huidige Bennebroek) in het zuiden, en van de Noordzee tot het Haarlemmermeer. Het gebied buiten de nieuwe stad Haarlem moest dus opnieuw ‘bestuurlijk worden ingericht’, zoals we dat tegenwoordig zouden noemen. De graaf kon dat overlaten aan een edelman die hem bijzondere diensten bewezen had. Dat gebied gaf de graaf aan deze edelman in leen. Die bezat daar dan de ambachtsheerlijkheid, kortom het overheidsgezag.
Zo werd ook Heemstede, inclusief Bennebroek en Berkenrode, in leen gegeven aan een edelman en werd het een ambachtsheerlijkheid. De eerste ambachtsheren waren afkomstig uit Holy bij Vlaardingen, en zouden zich ‘Van Heemstede’ noemen. De machtige heren van Brederode verwierven onder meer Vogelenzang, Aerdenhout, Overveen, Bloemendaal evenals Zandvoort en Velsen.
Een kasteel
Een edelman kan natuurlijk niet zonder een kasteel. Daar straalt zijn gezag, zijn macht en zijn status van af. Het precieze jaartal vermeldt de historie niet, maar de bouw van dat kasteel heeft waarschijnlijk eind 13de eeuw plaatsgevonden. Opmerkelijk is de plek van het kasteel, namelijk niet op de hoge zandgronden, maar op de moerassige veengronden bij de uitmonding van het Spaarne in het Haarlemmermeer, bij de doorvaartroute Amsterdam-Haarlem-Zuiden.
De ambachtsheer van Heemstede had natuurlijk te maken met zijn grote buur in het noorden, Haarlem. De stad lag ingesloten binnen zijn eigen stadsomwalling en had daarom geen expansiemogelijkheid meer. Alle reden voor Haarlem om de strijd aan te binden met de omliggende dorpen. In de stad wordt het grote geld verdiend. Ook toen gaf geld vaak de doorslag. Haarlem wist zich op te dringen richting zuiden. Na enkele eeuwen van Haarlemse staduitbreidingen ontstaat er geleidelijk aan een status-quo tussen de stad Haarlem en de ambachtsheerlijkheid Heemstede. De Haarlemmerhout vormt sindsdien een natuurlijke bufferzone. Dit geëmmer over de territoriale ambities van Haarlem en over haar stadsgrenzen zal overigens tot 1927 blijven voortduren. Dan worden de grenzen vastgesteld zoals die nu nog gelden.