Het Groninger platteland gaat in de jaren '50 moeilijke tijden tegemoet: de onderzoeksnota 'Bedreigd Bestaan' brengt dit in kaart
De achteruitgang van de traditionele landbouw leidt tot een aanzienlijk verlies aan werkgelegenheid. Veel, vooral jonge mensen trekken naar elders. Dit alles heeft tot gevolg dat voorzieningen in dorpen verschralen en de leefbaarheid in het geding komt. In reactie hierop ontstaat de 'plattelandsvernieuwing'. De overheid en de waterschappen proberen de veranderingen op het platteland dusdanig te beïnvloeden, dat het leven in de dorpen economisch vitaal, leefbaar en aantrekkelijk wordt en blijft. De laatste jaren begint de trek naar het platteland weer toe te nemen. Meer en meer mensen verkiezen de rust van het platteland boven de drukte in de stad. Ook mensen van buiten de provincie beproeven hun geluk in de rust en ruimte van Groningen.
Afbeelding: Omslag 'Bedreigd bestaan', 1959 (Collectie RHC Groninger Archieven)