Indonesië

De strijd voor onafhankelijkheid

Wanneer de onafhankelijkheid in Indonesië in 1945 wordt uitgeroepen, stuurt Nederland een leger om de gebieden te heroveren.

Relatief veel Brabanders vechten mee in Indonesië. Het zuiden van Nederland is tijdens de Tweede Wereldoorlog eerder bevrijd dan het noorden, en wanneer er vrijwilligers worden geworven om Indonesië ‘te bevrijden’, melden Brabanders zich massaal aan. Latere rekrutering verloopt via dienstplicht, en die rekruten zijn uit alle delen van Nederland afkomstig.

Thuisfront

Veel Brabantse families hebben een oom, opa of vader die vertrekt. De overheid moedigt de achterblijvers aan om brieven te schrijven en allerlei andere acties te ondernemen om contact te houden met de soldaten. De kerk speelt hier een rol in. Zo regelt Katholiek Thuisfront Schijndel dat de familie van Hendrik van Meersbergen een gesproken brief kan opnemen op een grammafoonplaat. Die boodschap is nog te beluisteren

Uit de dagboeken die de soldaten bijhouden, blijkt dat ze een zware tijd hadden. Bij thuiskomst echter, wordt er niet gesproken over wat ze daar hadden meegemaakt. Zoals bekend zijn er veel wandaden gepleegd, maar die komen vaak niet aan bod in de brieven en dagboeken.

 

Molukkers in Brabant

Na de onafhankelijkheid komen er veel mensen naar Nederland. Op verschillende plekken in Noord-Brabant vinden zij onderdak. Molukkers bijvoorbeeld worden onder andere opgevangen in Vught en in Lage Mierde. Een barak van het woonoord in Lage Mierden is tegenwoordig nog te zien in het Openluchtmuseum in Arnhem.

In Gemert worden Indische Nederlanders opgevangen. Een speciaal comité moet helpen de nieuwkomers zo snel mogelijk te laten assimileren. Het comité moedigt de repatrianten aan om Nederlands te eten en zich aan te passen aan Nederlandse gewoontes, hierin worden ze soms zelfs gecontroleerd.