Het onderwijs in Bathmen is van zeer oude datum. Al in 1545 hadden de abdis van het klooster Ter Hunnepe en de heer van het kasteel Dorth de bevoegdheid de schoolmeester in Bathmen te benoemen. In de 18de eeuw werd de marke Bathmen en Loo eigenaar van de school. Het beroep van schoolmeester werd, zoals toen gebruikelijk, van vader op zoon doorgegeven. In 1709 werd G. Bolderink genoemd als koster, voorzanger en schoolmeester van de Nederduitse school. Hij werd in 1736 opgevolgd door zijn zoon Cornelis en in 1785 door zijn kleinzoon Jan. Deze laatste bleef in functie tot 1814 en werd opgevolgd door zijn zoon Arnoldus. Het schoolgebouw werd echter ook voor andere doeleinden gebruikt. In 1813 diende het als wachtlokaal voor de Kozakken en voor het bewaren van deserteurs en arrestanten.
Goedkope toiletten
De onderhoudsstaat van het pand was een voortdurend punt van zorg. Na de Franse tijd waren vooral de muren en het pannendak er slecht aan toe. Het oude gebouw werd nog eenmaal gerepareerd, voor f 60,‒, inclusief f 8,‒ voor 400 dakpannen. In 1822 vroeg schout J. Pakkert aan de gouverneur van de provincie om een nieuwe school. 193 leerlingen bezochten toen de school, welk aantal in de winter steeg tot 256. In 1826 werd de nieuwe school aanbesteed. De offertes waren de gemeente te hoog en er werd bezuinigd door de bergplaats voor brandstoffen en de secreten (toiletten) buiten het gebouw te plaatsen. De brillen op de secreten liet men ook achterwege. Maar het schoolgebouw kwam er wel, een nieuwe, éénklassige school van 15 m lang en 7,2 breed. In 1855 werd de school vergroot; bij de opening werden de leerlingen getrakteerd op koek en bier. In 1884 kwam er weer een nieuw schoolgebouw. Tijdelijk, van 1 april tot 1 oktober, werd school gehouden in een schuur van G.J. Nikkels in Dortherhoek. Intussen werd de nieuwe vijfklassige school gebouwd.
Volksontwikkeling
In 1859 werd in het verslag van de schoolopziener (tegenwoordig de inspecteur) het onderwijs in Bathmen beoordeeld als middelmatig. Heel positief was de schoolopziener over het feit dat meester Arnoldus Bolderink les gaf in het metriek stelsel en afstand had gedaan van de vertrouwde ellen, palmen, duimen en strepen. Eén van zijn opvolgers, J.P. Moll, trok er samen met de dominee op uit om geld in te zamelen voor een schoolbibliotheek. Hij verwachtte dat de bibliotheek niet alleen het schoolverzuim zou terugdringen, maar dat het ook de volksontwikkeling zou bevorderen. Men was "zowel in het nederige woninkje van de dagloner als in de huizen der "meergegoeden" zeer ingenomen met dit initiatief.
Scholen in Dorth en Loo
Tot 1831 was Dorth een zelfstandige gemeente en ook hier heeft een school gestaan, op een terrein (de Beumer) op de hoek van de Oude Larenseweg en de Bathmenseweg. In 1884 is de school gesloten.
De kinderen uit Loo gingen te voet naar de Dorpsschool. Per dag liepen ze een paar uur om de school te bezoeken. In 1911 besloot men in Loo een school te bouwen. De school kreeg drie klaslokalen en werd in 1912 in gebruik genomen.
In 1972 werd een derde school voor openbaar basisonderwijs gesticht. De school kreeg de naam de Rythmeen.