Geen kraan?
Het is moeilijk voor te stellen dat je thuis geen kraan hebt waar water uitkomt. Je kunt niet zomaar douchen of een glas water pakken. Toch is dit in Oldenzaal nog niet zo lang mogelijk. Vanaf 1910 konden mensen op de waterleiding worden aangesloten.
Uit de put
Voor de komst van de waterleiding gebruikten de Oldenzalers grondwater. Dat haalden ze met putten en pompen omhoog. Drinken, koken, wassen: alles deden de mensen met dit water. Doordat het water vaak niet schoon was, kon je er ziek van worden. Lange tijd wist niemand dat sommige ziekten veroorzaakt werden door vies water.
Waterleiding
In 1906 werd de watertoren bij het ziekenhuis en het pompstation aan de Berkstraat gebouwd. De watertoren zorgde voor voldoende druk op de waterleiding. Het water werd op een terrein in Het Inslag opgepompt. Na een aantal proefboringen bleek dat dit water de beste kwaliteit had. Via ondergrondse waterleidingen werd het water aangevoerd naar de toren. Machines in de toren maakten het water schoon. Het schone drinkwater zorgde er voor dat de mensen minder snel ziek werden.
Woonhuis
In de jaren negentig van de 20ste eeuw waren watertorens niet meer nodig. Ze werden vervangen door elektrische pompen. Veel watertorens werden afgebroken. De watertoren in Oldenzaal staat er nog steeds. Het is nu een woonhuis.