Kaderrichtlijn Water

Europese eisen aan water

Sinds eind 2000 is de richtlijn 2000/60/EG van kracht die we beter kennen als de Kaderrichtlijn Water. Met de richtlijn wordt na jaren van overleg invulling gegeven aan een resolutie uit 1988 waarin de Commissie wordt gevraagd voorstellen in te dienen ter verbetering van de ecologische kwaliteit van de oppervlaktewateren in de Gemeenschap.

De richtlijn begint als eerste met de overweging `Water is geen gewone handelswaar, maar een erfgoed dat als zodanig beschermd, verdedigd en behandeld moet worden.'
Om water beter te beschermen gelden als uitgangspunten:
1. Vervuiler en gebruiker betalen beide
2. In de KRW (Kaderrichtlijn Water) staan internationale stroomgebieden centraal
3. De KRW geldt voor alle wateren, inclusief grondwater
4. Na 2000 geen achteruitgang van de chemische en ecologische toestand van het water
5. Naast chemie een grote focus op ecologie
6. Per 2015 geldt een resultaatsverplichting

Na een uitgebreide voorbereiding- en consultatieperiode worden eind 2008 de eerste stroomgebiedsplannen met uitvoeringsmaatregelen vastgesteld. De richtlijn biedt ondanks het doeljaar 2015 ruimte om de uitvoering over drie planperiodes van zes jaar uit te smeren.

Binnen Nederland kennen we de stroomgebieden van Maas, Rijn, Schelde en Eems waarbij het stroomgebied van de Rijn verder is onderverdeeld. Overijssel ligt in Rijn - Oost met een Regionaal Bestuurlijk Overleg (RBO) als overlegplatform.