In Nederland werd het passief vrouwenkiesrecht ingevoerd in 1917, waarmee vrouwen het recht kregen om gekozen te worden als volksvertegenwoordigers. Het actief vrouwenkiesrecht werd vervolgens in 1919 ingevoerd, waardoor vrouwen ook het recht kregen om te stemmen bij verkiezingen. Deze belangrijke hervormingen hebben bijgedragen aan de bevordering van gendergelijkheid en democratische participatie van vrouwen in Nederland.
deze veranderingen vonden niet zonder tegenprestatie plaats. Vrouwen kwamen in opstand en er ontstonden feministische golven. De 2 belangrijkste vrouwen uit die tijd zijn Aletta Jacobs en Wilhelmina Drucker. Zij hadden beide een politieke partij opgericht die veel aanhangers kregen.
dit is dus een duidelijk voorbeeld van een parlementaire democratie omdat het er voor heeft gezorgd dat de vrouwen ook rechten kregen en niet alleen de mannen. Dit is erg belangrijk in een parlementaire democratie omdat gelijkheid voorop staat en dit heeft daar met name voor gezorgd.