Het bouwterrein moest wel worden voorbereid. Er stonden al bouwsels, zoals de Vereniging van Cultureel Erfgoed in Zuid-Holland, de Stichting Geschiedschrijving Holland, de Monumentenwacht Zuid-Holland. Die moesten stevig verbouwd worden om deel van het nieuwe huis te worden. Ook waren er andere provinciale aannemers die meedongen naar een deelopdracht, voor erfgoededucatie of de ondersteuning van gemeentelijk monumentenbeleid.
Uitstraling
Er was een flink programma van eisen: ICT, arbeidsvoorwaarden, organisatie, bestuur. De buitenkant moest uitstraling hebben. We lieten dus als stijlvolle voorgevel door ‘Ontwerpforum’ een (Erfgoed)huisstijl ontwerpen. Het doet mij plezier, dat het beeldmerk van toen - een tikje gemoderniseerd – het nog steeds uitstekend doet.
Het belangrijkst waren de toekomstige bewoners en gebruikers van het gebouw: de medewerkers en het provinciale erfgoedveld. Zij moesten zich er thuis voelen. Dat lukt nu dus al 25 jaar.
Van start
Op 31 december 2001 werd het hoogste punt van de bouw bereikt, door fusie met de Monumentenwacht Zuid-Holland. Nadat de steigers waren afgebroken, stond er een provinciale instelling, die praktisch alle ondersteunende erfgoedfuncties onder haar dak had en ook landelijk aanzien kreeg. In december 2001 ging het Erfgoedhuis Zuid-Holland in een volle Pieterskerk in Leiden officieel van start.
Ons eerste adres was Garenmarkt 1 b in Leiden, het oude Rijksmuseum van Geologie en Mineralogie. Al snel gingen we naar het Rijnlandshuis aan de Breestraat. Een prachtige plek, we waanden ons daar in een 16e-eeuws museum.
Struikelblokken
Door connecties in Delft konden we verhuizen naar het ‘Meisjeshuis’ daar, dat voor ons gerestaureerd en aangepast werd. Dat ging niet zonder struikelblokken. Historische deuren die 1 cm te veel verplaatst waren (Rijksdienst boos), een liftschacht die uitstak (bewoonster van de Boterbrug boos), een plataan, die het loodje dreigde te leggen (heel boom-minnend Delft boos). Maar het is schitterend geworden. De opening van het gerenoveerde Meisjeshuis was in 2005. Sportman-gedeputeerde Erik van Heijningen daalde in klimuitrusting van de voorgevel af.
Ik kijk nu van een afstand en zie nog steeds een prachtig huis. Er wonen bevlogen mensen. Ze zorgen goed voor het huis en doen zinvolle dingen. De tijd dat ik er woonde was een van de fijnste in mijn werkzame leven. Het huis zal ooit wel op de Monumentenlijst komen. Terecht.