De Jostiband

‘Muziek doet wat met je!’

Er zijn meer muziekgezelschappen voor mensen met een verstandelijke beperking, maar geen is in Nederland én daarbuiten zo bekend als de Jostiband. De oorsprong van deze band ligt bij de Johannes Stichting in Nieuwveen. In 1974 verhuisden deze instelling en zijn bewoners wegens ruimtegebrek naar een grotere locatie: de Hooge Burch in Zwammerdam. Sindsdien zijn de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking, de Jostiband en Zwammerdam onlosmakend met elkaar verbonden. De leden van de Jostiband komen uit de hele regio. Bussen en busjes brengen hen naar de wekelijkse repetities in gebouw De Haven op de Hooge Burch.

De huidige gemeente heeft een gevarieerde muziekscene. Halverwege de negentiende eeuw waren het nog voornamelijk kerkkoren die de toon zetten, en later drumfanfares en muziekkorpsen. Maar vandaag de dag spelen en zingen lokale muzikanten, bandjes en koren in de meest uiteenlopende muziekstijlen. Geregeld treden (inter)nationaal bekende artiesten op in Theater Castellum of tijdens een van de gerenommeerde muziekfestivals, zoals Zomerspektakel aan het Meer in Alphen, Hoekstock in Koudekerk en Haaspop in Boskoop. Jongerencentrum The Cube, het poppodium in Boskoop, biedt in een zaal voor 250 bezoekers een afwisselende programmering.

Een gevarieerd muziekleven dus, maar ook weer niet héél bijzonder. Met één uitzondering: de Jostiband.

 

Omzien naar een ander

De georganiseerde zorg voor (verstandelijk) gehandicapten stamt uit de negentiende eeuw. Daarvoor leefden gehandicapten, net als andere zwakkeren in de samenleving, onder zware omstandigheden. Zij waren aangewezen op armenhuizen, waar ze samenleefden met zieken, ouderen, armen, bedelaars en zelfs misdadigers.

In 1887 stichtte Jan Sasse in Nieuwveen de Vereeniging Johannes Stichting, die de verzorging van oude en zwakke mensen op zich nam. Naarmate de overheid meer sociale taken overnam, verschoof de aandacht naar de zorg voor verstandelijk gehandicapten. Vanaf 1967 werden bij de Johannes Stichting alleen nog ‘zwakzinnigen’ verpleegd.

Rond die tijd veranderde er in Nederland veel op dit gebied. Mensen met een handicap werden niet langer weggestopt in grote tehuizen in een natuurrijke omgeving. Er kwam ruimte en geld voor persoonlijke aandacht. Mensen met een beperking hebben ook hun dromen en willen hun capaciteiten ontwikkelen. Daar hoort muziek ook bij.

In 1966 vroeg de toenmalige directeur van de stichting, Julius Hoeing, aan het hoofd van de audiovisuele dienst, Wim Brussen, of hij met de bewoners muziek wilde maken – niet als therapie, maar als vrijetijdsbesteding. Brussen pakte dit op, samen met arbeidstherapeut Frits van der Scheer. De laatste werd dirigent en Brussen begeleidde het groepje muzikanten op orgel en piano. Op 5 december 1966 vond het eerst optreden plaats. De keuze van een naam was simpel: de band van de Jo-hannes Sti-chting, dus de Jostiband.

Niet veel later werd chef werkplaats Ben Rietveld, een echte slagwerker, dirigent. Het instrumentarium bestond in die begintijd uit veel slagwerk, een harmonica en een uit een theekist gemaakte contrabas. Al gauw werden de gelederen versterkt door enkele bewoners van een ander tehuis in Nieuwveen, Huize Ursula. Zusters van de congregatie van de ursulinen van Bergen verzorgden er (rooms-katholieke) verstandelijk gehandicapten. Het mondharmonicaclubje daar was ter ziele gegaan en de resterende leden vonden onderdak bij de Jostiband.

 

Kleurenmuziek

Tegenwoordig is de Jostiband een begrip binnen en buiten Nederland. Hier is een hele ontwikkeling aan voorafgegaan, maar het centrale uitgangspunt is nooit veranderd: dat muziek maken op vrijwillige basis gebeurt en plezierig moet zijn. Musiceren doe je echter niet zomaar. De orkestleden moeten leren om samen én tegelijk te spelen. Dat kost tijd, geduld en doorzettingsvermogen, ook van de begeleiders.

Dat was helemaal het geval toen het slagwerkinstrumentarium werd uitgebreid met melodica’s (blaasinstrumenten met een toetsenbord). Daarmee konden de orkestleden melodieën spelen. Dat bleek een nieuwe uitdaging. Omdat de meeste bandleden niet kunnen lezen, werd een eigen muziekschrift ontwikkeld: de ‘kleurenmuziek’. Op alle toetsen van de melodica werden gekleurde stickertjes aangebracht, waarbij elke noot één kleur had. Toen bleek dat de muzikanten die stickertjes niet goed konden zien, ontwierp de firma Hohner een speciale S-vormige tuit. Dankzij het gevarieerde instrumentarium kan de Jostiband in verschillende muziekstijlen spelen: van volks tot religieus, en van klassiek tot pop. Inmiddels zijn de melodica’s vervangen door keyboards.

 

Het Jostibandeffect

‘Muziek doet wat met je,’ zeggen de mensen van de Jostiband regelmatig. En dat geldt niet alleen voor de leden van de Jostiband zelf, maar ook voor het publiek. Door hun plezier, passie en toewijding weten de muzikanten keer op keer de aanwezigen te raken. Of, zoals een journalist het ooit formuleerde: de Jostiband biedt ‘niet alleen muziek, maar ook beroering, ontroering en emotie’.

Na de oprichting kreeg de Jostiband dan ook al snel beroemdheid. Volgens de eigen website is het orkest tegenwoordig bekend bij 90% van de Nederlanders. De eerste langspeelplaat verscheen in 1976. De band dankt zijn faam echter vooral aan de televisieoptredens (sinds 1977) en de grote concerten met artiesten van naam, zoals Paul de Leeuw, André Rieu en Maan. Ook trad het orkest op bij de inhuldiging van koning Willem Alexander in 2013 – niet het eerste optreden voor leden van het Koninklijk Huis. Ten slotte zijn er verscheidene films over de Jostiband gemaakt. De manier van omgaan met mensen met een beperking is een bron van inspiratie, ook buiten Nederland.

 

Daar zit ook voor de toekomst muziek in

Sinds 2006 zwaait Lyan Verburg de muzikale scepter. Zij maakte in 1977 kennis met de Jostiband, omdat haar broer toen in de band ging spelen. Algauw werd zij vrijwilliger.

De 120 leden van de band oefenen wekelijks. Ze geven niet meer dan tien keer per jaar een concert in binnen- of buitenland. Niet alle leden van de groep spelen dan mee, want niet iedereen kan zo’n groots gebeuren en een reis in de bus aan.

De Johannes Stichting is na meerdere fusies in 2000 opgegaan in De Bruggen, sinds 2008 Ipse de Bruggen. Deze faciliteert de band op verschillende manieren, bijvoorbeeld door repetitieruimte beschikbaar te stellen. Doordat de Jostiband deel uitmaakt van deze zorginstelling, is het voortbestaan gegarandeerd.

 

TEKST: BERNADETTE VERHOEF

 

BEZOEKEN

  • Concerten van de Jostiband.
  • Website www.jostiband.nl, met livestreams tijdens repetities.

VERDER LEZEN

Jojanneke Claassen, Het geheim van het Jostiband Orkest (Baarn 1996).

Hans Sleeuwenhoek, De mensen van de Jostiband. Een boek over het dagelijks leven van een groep bijzondere muzikanten (Kampen 2003).

Website www.jostiband.nl voor allerlei informatie, foto’s en films.