Vaste Rijnbrug

De sprong over de rivier

Op 10 april 1935 werd de Rijnbrug op sobere wijze geopend. Het Rijk was voornemens tol te heffen, maar daartegen rees veel verzet. Hoewel ruim vijftig jaar over een vaste oeververbinding was gesproken, durfde Arnhem het niet aan de brug feestelijk in te wijden. Een vol jaar later zien we een in het wit geklede koningin Wilhelmina, met de Eusebiustoren op de achtergrond, de brug overlopen. Een vliegensvlug bezoek, daarna spoedde zij zich naar Nijmegen waar zij wel met veel toeters en bellen de Waalbrug opende.

Verbinding en uitbreiding

De Rijnbrug betekende het einde van de schipbrug die sinds 1603 ter hoogte van het Roermondsplein Arnhem met de Betuwe verbond. Rond 1900 werd duidelijk dat deze schipbrug het groeiende autoverkeer niet aan kon. In 1913 besloot de gemeenteraad om een vaste brug in het verlengde van de Lauwersgracht aan te leggen. Arnhem kreeg daarmee de mogelijkheid om Malburgen en Meijnerswijk, grotendeels op kosten van het Rijk, in te polderen. Uiteindelijk werd de brug gebouwd als een van de twaalf nieuwe bruggen van het Rijkswegenplan van 1927. Met de vaste Rijnbrug begon ook de woningbouw in de Malburgse polder. Reclamewagens waren nodig om Arnhemmers te bewegen de heuvels voor de polder in te ruilen.

Binnen tien jaar na de opening werd de Rijnbrug drie keer, op 10 mei 1940 door de Nederlanders, in oktober 1944 door de Geallieerden en in januari 1945 door de Duitsers opgeblazen. De Rijnbrug zou echter als ‘Brug te ver’ bij de mislukte Market Garden operatie in september 1944 wereldberoemd worden. Sinds 1977 heet de Rijnbrug John Frostbrug, waarmee recht gedaan wordt aan het heldhaftige optreden van diens Airbornedivisie.

 

Nieuwe bruggen

Eind 1977 werd met veel feestvertoon de tweede vaste oeververbinding, de Roermondspleinbrug, vanaf 1987 Nelson Mandelabrug, geopend. Een echte stadsbrug, dé verbinding tussen Arnhem-Noord en het groeiende Zuid. Onder de brug ontwierp Peter Struycken het kunstwerk de ‘Blauwe Golven’. Het onderhoud van de gekleurde stenen en de fontein bleek te duur en lange tijd werd deze plek alleen gebruikt als parkeerterrein. De komst van de stationsparkeergarage van architect Ben van Berkel maakte hier slechts voor een deel een einde aan.

De derde brug, de Andrej Sacharovbrug, werd in 1987 dwars door het baggergat tussen ’t Duifje en Immerloo aangelegd. Deze langste Rijnbrug verbond als onderdeel van de Pleyroute het verkeer van het Velperbroekcircuit met de A325 richting Nijmegen.

 

Filedruk

Men verwachtte dat de binnenstad ontlast zou worden en sluipverkeer in de omringende wijken zou verdwijnen. Maar de groei van auto’s temperde de hoge verwachtingen. Filedruk blijft een gegeven voor de autogebruiker, die via een van deze drie bruggen in of langs Arnhem rijdt. In 1879 pleitte Arnhem al tevergeefs dat de spoorbrug bij de Rosandepolder ook moest dienen als verkeersbrug. Het idee rond 2005 om ten westen van de stad een vierde Rijnbrug te bouwen, de Westtangent als verbinding tussen Schuytgraaf en Oosterbeek, kwam niet verder dan de bureaula.

 

Van de (John Frost)brug blijf je af

Tijdens Sonsbeek 93 werd de Nelson Mandelabrug een kunstobject. Op de zijkant plaatste Rémy Zaugg in neonletters de woorden ‘huizen, wind, de stroom, de verte, de utopie, Indonesië, de boten, de zee, blauwe lucht’. Op de John Frostbrug zou het kunstwerk voltooid worden. Het aanbrengen van woorden op de ‘heilige’ brug van de Slag om Arnhem vlak voor de vijftigjarige herdenking riep echter zoveel emoties op dat het stadsbestuur ervan afzag. Vier jaar later gebeurde hetzelfde toen een ander Sonsbeekkunstwerk bij de brug ook stuk liep op plaatselijk verzet. De stap naar ‘de brug van de toekomst’ bleek emotioneel onhaalbaar.

 

Rechten

Jan de Vries, CC-BY-NC