In de gemeente stonden er twaalf, waarvan de helft in Gendt. Op een van die fabrieken begon Hendrik Braam (1879-1956) als zestienjarige jongen zijn strijd tegen het sociale onrecht. De vereniging Providentia en de een jaar later opgerichte Gentsche Vakvereeniging van Steenfabrieksarbeiders bestonden maar kort. Zo verging het ook de in 1904 en 1905 door Braam opgerichte R.K. Steenfabriekarbeidersbond 'Deus Providebit' en de Bond van R.C. Steenfabrieksarbeidersvereenigingen. Braam werd door zijn ijveren voor betere arbeidsvoorwaarden in 1906 letterlijk aan de dijk gezet. Pastoor Huijgens maakte duidelijk aan welke kant hij stond, hij stelde Hendrik Braam aan als opperman bij de bouw van de nieuwe kerk aan de Nijmeegsestraat en na de consecratie van de kerk in 1908 werd hij koster.
Waren de vier eerdere pogingen om de steenfabrieksarbeiders te organiseren mislukt, succes was er voor de R.K. Steenfabrieksarbeidersbond St. Stephanus die in 1919 het levenslicht zag. Ondanks de zelfverzekerde opmerkingen van een van de steenfabrikanten 'Dit bondje drukken wij wel even dood', bleek in dit geval vijfmaal scheepsrecht. Door de inzet en vasthoudendheid van Braam, die tot 1931 voorzitter van St. Stephanus was, en andere kaderleden én de vervanging van de oude generatie fabrikanten door een nieuwe, bleek de bond een serieuze gesprekspartner van de werkgevers.
Straatnamen
Gendt eert vakbondsman Hendrik Braam met een straatnaam. Huissen heeft zijn Rijkenstraat genoemd naar de Dominicaner pater Alphonsus Rijken. In de geest van de encycliek van paus Leo XIII, Rerum Novarum, vindt hij dat arbeiders zich moeten organiseren tegen uitbuiting door de werkgevers. Rijkens' speerpunt is het alcoholmisbruik, een van de misstanden die verbetering van het lot van de arbeiders bemoeilijkt. Daarom sticht hij in de bovenzaal van café Kersten in Huissen in 1896 een Kruisverbond tegen alcoholmisbruik.