Addinga
In 1316 was Westerwolde onder de bescherming van de bisschop van Münster gekomen. Elk jaar werd door hem op 29 september het hoendergeld opgeëist.
In de 2e helft van de 14e eeuw erkende de bisschop de familie Addinga als hoofdeling in Westerwolde. Zij waren afkomstig uit Reiderland, noordelijk van Westerwolde. Het kan zijn, dat ze hun steenhuis daar moesten ontvluchten wegens de overstromingen van de Dollard.
Steenhuis bij Wedde
Westerwolde hoorde bij het klooster van Corvey aan de Weser in Duitsland. Ieder jaar moesten de boeren een tiende van hun opbrengst afdragen. Egge I Addinga had goede contacten met de abt van het klooster van Corvey, deze gaf hem land en toestemming om in Wedde een steenhuis te bouwen op een wierde van 30 bij 30 meter, vlak bij de Westerwoldsche Aa. Het huis was 10.50 meter lang en 8.30 meter breed en had muren van 1.40 meter dik.
Ruzie
De Westerwolders waren zeer op hun vrijheid gesteld, en lagen dan ook voortdurend overhoop met de Addinga’s. Zij werden gedwongen tot het verrichten van herendiensten. De onvrede leidde in 1391 tot de moord op Egge I. Zoon Haije en kleinzoon Egge II maakten het er niet beter op. Zij verplaatsten de rechtplaats van Wedde naar Vlagtwedde. Tijdens nachtelijke strooptochten werden mensen uit Westerwolde mishandeld en in de gevangenis opgesloten. Het regende boetes en ook werden de belastingen verhoogd. Ook liet hij een watermolen bouwen waardoor land van de boeren onder water kwam te staan.
Klaagschrift
Op 21 april 1475 werd ook Egge II door boze boeren vermoord en de borg geplunderd. Zijn zoon liet de daders ter dood brengen. Aike uit Ellersinghuizen werd samen met zijn broer gemarteld en ter dood gebracht. Daarom schreven de Westerwolders een klaagschrift aan hun beschermheer, de bisschop van Münster.
Pastoor Else
Pastoor Else van Onstwedde wilde naar Rome afreizen om de paus op de hoogte te brengen van de problemen met de Addinga's. Zover is het niet gekomen. Hij werd ’s nachts uit zijn bedstee gesleurd. De volgende morgen vond men zijn dode lichaam, zwaar verminkt, in het riviertje de Mussel-A. Deze plek is nog steeds bekend als ’t Hilligenbrugje. Zijn vervanger verging het niet beter: die werd aan een paard vastgebonden en de zweep werd over het dier gelegd. Om de schrik er goed in te brengen werden ook de pastoors van Vriescheloo en Sellingen afgeranseld.
Het regende klachten bij de bisschop in Münster.
Groningen
Maar de redding kwam uit een andere hoek: de Stad Groningen. Het zat de Stad niet lekker dat de Addinga’s hun macht steeds verder wilden uitbreiden. Haye voegde zelfs Blijham en Bellingwolde bij Westerwolde.
Er kwam oorlog! De Stad nam de Wedderborg in en verwoestte die. Ook nam de Stad de rechtspraak in handen. Met Haye II was het toen afgelopen. Zijn borg mocht worden herbouwd, maar niet meer niet als vesting. Bovendien werd de bisschop eigenaar van de borg. Na 1478 was de Stad de baas in Westerwolde. Het hoendergeld moest nu aan Groningen worden betaald.
Tijdbalk
Jaar |
Gebeurtenis |
1316 |
Westerwolde onder de bescherming van de bisschop van Münster |
1391 |
Egge I vermoord |
1475 |
Egge II vermoord |
1478 |
Einde aan het bewind van de Addinga’s |
Zelf lezen:
- Landschapsbiografie van Westerwolde:
- “Middeleeuws Westerwolde”: blz. 118
- “Grenzen, lijnen en kronkels in het landschap”: blz. 262
- Addergebroed, musical geschreven door Hans Elbersen,
(uitgegeven door CBS De Bron Vriescheloo) - De Addinga’s en de Wedderborg
ER OP UIT:
- De Wedderborg/Wedderburcht, Hoofdweg, 9698 AE Wedde
- Hervormde Kerk, Wedde (grafzerk van Haye Addinga), Schoolstraat 7, 9698 AP Wedde
Tekstbronnen:
- Landschapsbiografie van Westerwolde
- Terra Westerwolda 1993
- Website “Oud Bellingwolde”