Het waterschap Salland

Het eerste Dijkrecht

Wij Guy, bij de genade Gods bisschop van Utrecht, […] hebben met het oog op het welzijn van onze kerk van het bisdom Utrecht ons teweer gesteld tegen de onduldbare schade die wordt teweeggebracht in ons land, dat tussen de Hunnepe en de zee ligt aan die zijde van de IJssel waar ook Deventer gelegen is, en wel door het overstromingswater dat dikwijls van hoger gelegen streken komt en door de slechte dijken die wij daar hebben aangetroffen." Dit zijn de eerste woorden van het dijkrecht van Salland uit 1308, uitgevaardigd door bisschop Gwijde van Avesnes (ca. 1253-1317). Het dijkrecht vormde het begin van het geïnstitutionaliseerde waterbeheer in Overijssel.

In de eeuw die volgde kwamen er ook waterschappen in het land van Vollenhove, Mastenbroek en kort na 1400 ook langs het Zwarte Water in Hasselt. Daarna zou het tot de laatste kwart van de negentiende eeuw duren voor meer waterschappen volgden.

De aaneengesloten dijk langs de IJssel had als nadeel dat het water uit de hoger gelegen delen van Salland niet meer op de IJssel kon afwateren. Het hoopte zich op in de lage komgronden langs de rivier. De oplossing lag in het graven van afwateringskanalen parallel aan de IJssel. Dit deed men door bestaande natuurlijke waterlopen met elkaar te verbinden. Zo kwamen de Sallandse weteringen tot stand, die het regionale hemelwater in noordelijke richting naar het Zwartewater leiden.