Terug naar Nederland
Na de bevrijding van Auschwitz werd er op heel veel plekken nog gevochten en moest Otto een lange reis maken om terug te keren naar Nederland. Hij hoort op zijn reis terug van een oud-gevangene die ook in Auschwitz zat, dat zijn vrouw Edith daar is overleden. Otto weet op dat moment nog niet hoe het met zijn dochters is en of deze nog leven. Op 3 juni 1945 keert Otto Frank als enige overlevende terug naar Nederland.
Bij de aankomst in Amsterdam komt Otto erachter dat de helpers van tijdens het onderduiken allemaal nog in leven zijn. Hij trekt daarom tijdelijk in bij Miep Gies. Bij aankomst krijgt Otto de dagboeken van zijn dochter Anne in handen. Het heeft even geduurd voordat Otto de dagboeken kon lezen maar nadat hij eenmaal begonnen was, werd hij gegrepen door ver verhalen die ze op had geschreven over het leven in het achterhuis.
Otto vindt een uitgever waar hij de dagboeken van zijn dochter Anne laat publiceren. Twee jaar na de oorlog verschijnt Het Achterhuis. ‘Wat zou Anne daar trots op geweest zijn als ze dit had meegemaakt,’ schrijft Otto over die eerste uitgave. Al snel volgen vertalingen in het Frans, Duits en Engels.
Nieuws over zijn dochters
Pas in juli 1945, toen de lijsten van het rode kruis rond gingen met alle namen van de overleden gevangenen. Kwam Otto Frank erachter dat zijn beide dochters het niet hadden overleefd. Zelfs met het nieuws over zijn dochters bleef Otto Frank een rustige en nuchtere man. Hij benoemde dat het leven nu geen zin meer had zonder zijn vrouw en dochters.
Leven na de oorlog
In de jaren na de oorlog was het voor Otto Frank alsnog een zware periode. Otto was geboren in Frankfurt, Duitsland. Wat ervoor zorgde dat hij zijn bedrijf niet meer als directeur mocht runnen. Zijn bedrijf, die hij in Amsterdam had heeft door de oorlog lang stil gelegen en daarom ook failliet gegaan. Na een tijd richtte hij nog een bedrijf genaamd Pektakon op. Dit bedrijf ging handelen in kruiden en specerijen.