Nyenhusingh

Oudst bekende vermelding van boerderij De Nijsinck

De oudst bekende beschrijving van een boerderij waar later De Nijsinck stond is uit 1378. Het is een beschrijving van de belening van het goet Nyenhusingh met al zijn toebehoren aan Gerrit J. Rabende. De letterlijke tekst luidt:
"Nyenhusingh met sijnen tobehoor, in Hengelre kerspel op den Goye, ten dienstmansrechto ontfinek Gerrit J. Rabende anno 1378.

Deyn Raebdo van Zutphen ontfinck dat goot Nyenhusingh met allen sijnen tobehoren, gelegen in den kerspel van Hengelen, tot eenen Zutphenschen leen, 1380.

Periode
Tijd van monniken en ridders

Bovenstaande tekst staat vermeld in de Leenaktenboeken van het vorstendom Gelre en Graafschap Zutphen. Band VI, Het kwartier van Zutphen.

De hier vermeldde tekst is afkomstig uit Sloet, Johan J. S.: Register op de leenaktenboeken van het vorstendom Gelre en graafschap Zutphen:

bijvoegsel: Register op de leenacten van Gelre en Zutphen 1376 - 1402 uit het staatsarchief te Dusseldorp / uitg. door P. N. van Doorninck. Arnhem: (1901 f.)

Overigens wordt in het door P.N. van Doorninck uitgegeven boek Leenacten van Gelre en Zutphen opgegeven 10 Febr. 1394. Hier luidt de tekst:

"Gerit Rabok heeft ontfangen eyn goit geheiten Nyhenhusinck mit allen rechten thoebehoeren, gelegen in den kirspel van Heyngel."